Als hij aan kwam lopen: ’Hé Klokkie, hoe laat heb jij het?’ Als ze hem passeerden: ’Bim bam!’ Na afloop van gym, onder de douche: ’Zeg je kleine wijzer hangt slap!’ Alle jaren van de middelbare school lang, alleen omdat hij Klokkenmaker heette. Zou zijn vader vroeger ook zo gepest zijn? Hans had het hem uit schaamte niet durven vragen.
Jaren later kreeg hij een uitnodiging voor een reünie. Het zou leuk zijn als men elkaar na zo lange tijd weer eens zou ontmoeten. Om herinneringen op te halen aan die leuke tijd van toen. De middelbare schooljaren waren toch de gelukkigste van je leven? juichte de uitnodiging in vrolijk gekleurde feestletters. Geen denken aan, dacht Hans.
Maar Jenny, zijn vrouw, haalde hem over. Ze zouden samen gaan. Ze wilde die etterbakken waarover Hans haar had verteld wel eens recht in de ogen kijken.
Ze betraden de feestelijk aangeklede zaal en dwaalden nog rond toen een stem opeens riep: ’Hé Klokkie! Hoe laat heb jij het?’ Hans zag Egbert, zijn grootste plaaggeest, bij een aantal grijzende klasgenoten staan. Hij liep rustig op hem af. ’Dag Egbert,’ zei hij en stak zijn hand uit. ’Die grappen zijn over de datum hoor. Ik heb de achternaam van mijn vrouw aangenomen.’ Egbert keek hem verbaasd aan. ’Mag ik je even voorstellen?’ Jenny trad naar voren. ’Jenny,’ zei ze, ’Jenny Notenkraker’, waarop ze Egbert een goed gerichte trap tussen zijn benen gaf.
In een kaarsrechte streep verlieten Jenny en Hans innig gearmd de zaal.